Technisch Management Opleidingen bestaan 10 jaar! – deel 2

Voor het seizoen 2022-2023 staan er twee Technisch Management opleidingen op de agenda: de TM3 (voor Technisch Coördinatoren) en de TM4 (voor Technisch Managers) worden vanaf november gegeven. En dat betekent een jubileum: in 2012 volgden zestien deelnemers de eerste TM3-opleiding.

In een tweeluik kijken Lutger Brenninkmeijer en Carel van der Staak samen met oud-deelnemers terug op de afgelopen 10 jaar en kijken ze vooruit naar de toekomst.

Deskundigheidsbevordering

De core business van het KNHB Expertisecentrum is deskundigheidsbevordering en daarbij staat het opleiden van technisch kader centraal. Na de Wereldkampioenschappen in 1973 (Amstelveen) werd door de toenmalige Afdeling Opleidingen gestart met een JHT-opleiding (JeugdHockeyTrainer) die vrij snel daarna werd gevolgd door de A- en de B-opleiding voor trainer/coaches. In 2009 werd bij de start van de KNHB Academie de inhoud van alle trainer/coach-opleidingen geactualiseerd en gestroomlijnd waarna ze als HT2 (Hockeytrainer 2), HT3 en HT4 werden aangeboden.

Om er zeker van te zijn dat vooral ook het vrijwillig technisch kader op de verenigingen voldoende opgeleid en begeleid kon worden door deskundigen, ontwikkelde de KNHB Academie in 2012 de Technisch Management opleidingen. Als eerste was er de opleiding voor Technisch Coördinator (TM3). De daarin aangeboden theoretische kennis en praktische tools richten zich vooral op het organisatorisch effectief en het efficiënt ondersteunen van het vrijwillig kader. Middels de daarna ontwikkelde opleiding voor Technisch Manager (TM4) werd de inhoud meer toegespitst op een adviserende rol richting het Bestuur en/of de Technisch Commissie van de vereniging om het opleiden en begeleiden van het technisch kader voldoende te borgen.

Hoe kwam je in aanraking met de opleidingen?

In het komend seizoen 2022-2023 wordt door het KNHB Kenniscentrum alweer de 10e jaargang van deze TM-opleidingen aangeboden. Belangrijk is en blijft het om deze opleidingen op alle mogelijke momenten onder de aandacht te brengen in hockeyland. Oud-deelnemers vertellen dat er verschillende manieren zijn (geweest) om op de hoogte te raken van het bestaan van deze opleidingen.

Zo vertelt Lucas Vanden Bossche uit Mechelen (België) (TM3 2019-2020 / TM4 2020-2021): “Ik ging als jonge trainer/coach/coördinator geregeld op zoek naar extra ‘tools’ om mezelf te verbeteren. Enkele jaren geleden kwam ik zo terecht bij het Kenniscentrum van de KNHB en zag ik de informatie over deze opleidingen. Die opzet en inhoud ervan spraken me onmiddellijk aan.

Nienke Kok uit Nijmegen (TM3 in 2016-2017) geeft aan hoe zij in aanraking kwam met de TM3-opleiding: “Vanuit de door mij gevolgde HT3-opleiding raakte ik enthousiast over het begeleiden van andere trainers. Een PGO-opdracht uit de HT3 (het begeleiden van kader) zorgde ervoor dat ik erachter kwam dat ik het doorgeven van mijn kennis en het begeleiden van trainers leuk vond. De voorzitter van mijn Technische Commissie had de TM3-Opleiding al gedaan. Deze combinatie zorgde ervoor dat ik een jaar na mijn HT3 ook de TM3 ben gaan doen. Het geleerde uit die opleiding paste ik ook toe binnen de begeleiding van de staf van mijn eigen team.

Gevarieerd aanbod

De kracht van de TM-opleidingen zit erin dat je door een gevarieerd aanbod, kennis en inzichten opdoet die je direct in de praktijk op elke vereniging kunt toepassen.

Dit wordt ook verwoord door Steven Hendrickx uit Breda (TM3 2013-2014): “Door als trainer/coach Overgangsklasse (oude format) vanuit de TM-opleiding meer inzicht te hebben gekregen, ben ik ook de vereniging waarbij ik werkzaam was gaan begeleiden en inzicht gaan geven in verenigingsstructuren en verbeterprocessen. Daarna ben ik werkzaam geweest als Technisch Manager bij een Belgische vereniging en ook daar heb ik de door mij geleerde zaken geprobeerd te laten landen en in te richten.

De workshops van beide TM-opleidingen worden verzorgd door experts uit uiteenlopende disciplines en dat genereert extra kwaliteit.

Aanvullend hierop vertelt Vanden Bossche: “Mijn TM3- en TM4-diploma hebben mij een ideale blauwdruk meegegeven voor het helder invullen van mijn rol als TM’er. Zelfs ondanks het feit dat ik momenteel even niet actief ben als Technisch Manager bij een club (door mijn werk bij de Vlaamse Hockey Liga) heb ik door deze blauwdruk het gevoel dat ik die rol in de toekomst nog beter zal kunnen uitvoeren.

Het spreekt vanzelf dat er altijd elementen zijn die om verbetering vragen. Eén van die onderwerpen is het omgaan met vrijwilligers, door Prof. Dr. Lucas Meijs. Als TM’er, de professional binnen de vereniging, werk je veel samen met vrijwilligers. Kok noemt in dit verband: “Binnen een vereniging zijn er veel verschillende commissies die vaak ergens iets van moeten vinden. Als Technisch Coördinator moet je hiermee rekening houden, wat erin resulteert dat je vaak over teveel schijven moet om iets te kunnen veranderen of voor elkaar te krijgen.

Ook Hendrickx geeft aan waar knelpunten kunnen liggen: “Dan gaat het om de tijd en energie van anderen die samen met jou de veranderingen door moeten voeren. En dat in combinatie met de verwachtingen van anderen over de rol van de Technisch Coördinator of Technisch Manager. Het vraagt toch veel handjes werk op het veld.

Ideeën zijn er in dat opzicht genoeg bij de TM’ers:

Van onderaf met de Jongste Jeugd gaan opbouwen; zorg voor meer structuur en duidelijkheid, zodat de trainers meer begeleiding op het veld kunnen krijgen.Ontwikkel een nieuwe opleidings- en begeleidingsstructuur, waarin ook meteen het salarishuis wordt meegenomen.

Nienke Kok

Veel verenigingen zien veel in de vrijwilligersstructuur. Een goed raamwerk wegzetten van functies en daarop begrotingen en businessplannen maken en uitvoeren. Beschouw de vereniging als een MKB (Midden- en Kleinbedrijf).

Steven Hendrickx

Alle hockeyverenigingen moeten op zoek naar professionele omkadering (trainers, coaches, technisch management). Jezelf verder opleiden als kaderlid geeft je meer kansen om dit werk bij een vereniging naar behoren te doen.

Lucas Vanden Bossche

De wereld is ongekend in beweging. Het vraagt van alle betrokkenen een voortdurende alertheid om adequaat te anticiperen en zich aan te passen aan de veranderingen die zich voordoen. Dit heeft uiteraard ook zijn weerslag op de sportwereld.

Toekomstige ontwikkelingen

Welke ontwikkelingen worden verwacht de komende jaren op het gebied van Technisch Management binnen de sport in het algemeen en de hockeysport in het bijzonder?

Dat er in roerige tijden zich altijd kansen en mogelijkheden zullen voordoen is volgens Vanden Bossche evident: “De verdere wil van clubs moet zijn om ook Technisch Management als een volwaardige job te zien waarbij ze proberen, via transparante rekrutering, de juiste mensen op de juiste plek te zetten. De functie van Technisch Manager is een voltijdse bezigheid en verdient derhalve een voltijds loon.

Aanvullend hierop stelt Hendrickx dat er veel meer digitalisering en maatwerk in lidmaatschappen moet komen. Hij voorziet dat verenigingen meer en meer sportclubs en multi-sport aanbieders worden: “Er komen steeds meer ouders die geen verenigingservaring hebben en de vereniging vergelijken met een sportclub (fitness/health center). Tevens zijn er weinig/minder vrijwilligers die de club ondersteunen. Dat moet dan worden ondervangen met betaalde krachten (partijen als uitzendbureau met hockeytrainers of externe hockeyscholen). Daarnaast zie ik dat er verschillende toevoegingen zijn op de contributie voor bijvoorbeeld de toplijn en het zaalhockey. Ook komen er meerdere andere disciplines die zich op de club huisvesten (padel, maar ook crossfit bedrijven). Ik verwacht dat als een vereniging professioneel wordt, zij dan gewoon een bedrijf wordt.

Overigens speelt de hockeybond hier op in met vernieuwde opleidingen en flexibel aanbod op verenigingen.

Toekomstvisie

Na het eerste artikel uit deze tweeluik sluiten we af met een toekomstvisie van de gediplomeerde TM’ers. Hoe zien zij hun rol als TM’er voor de komende jaren bij hun vereniging en welke aanbevelingen hebben zij om het speelveld voor de TM’er en de daaraan gekoppelde TM-opleidingen te versterken?

Kok geeft aan dat de rol van TM’er volgens haar binnen de vereniging duidelijker op de voorgrond zou moeten komen. Niet als onderdeel van de Technische Commissie, maar meer als de dagelijkse technische leiding van de vereniging. Waarbij het belangrijk is dat de beslissingsbevoegdheid en verantwoordelijkheden van de TM’er duidelijk worden gemaakt aan de hele vereniging middels een duidelijke beschrijving van rollen en taken.

Vanden Bossche vult daarbij aan door uit te spreken dat de opleidingen hem goed hebben voorbereid om actief te zijn als Technisch Manager. Hij doet de suggestie om enkele uren ‘stage’ bij een Technisch Manager op een club naar keuze toe te voegen. “Dat zou zeker een meerwaarde kunnen zijn. Deze observatie, de gesprekken die hierbij volgen en het netwerken met collega’s zouden binnen de opleiding een ideaal extra leermoment kunnen zijn.

Het KNHB Expertisecentrum hoopt dat de komende jaren de TM-opleidingen worden omarmd door de verenigingen. Zodat zij de kwaliteit en deskundigheid van een goed opgeleide TM’er kunnen inzetten om het technisch kader steeds meer op een professionele manier op te kunnen leiden en begeleiden binnen een veilig sport- en leerklimaat.

Carel van der Staak

Deel deze pagina