Les 25 oefening 2

Doel

Balanceren, vallen, rijden en glijden; Kruipen, klauteren en klimmen

Benodigdheden

Organisatie

In tweetallen op verschillende manieren naar de overkant zien te komen. Bijvoorbeeld door op elkaars rug te kruipen en elkaar te tillen, of doordat de één op handen en voeten op de grond kruipt en de ander op de rug bovenop ligt, of kruiwagen lopen, of samen twee foambuizen vasthouden en daarmee naar de overkant rennen met halverwege een rondje draaien, tegelijkertijd hoelahoepen, etc.

Aandachtspunten bij de doelstelling

• Maak tweetallen van ongeveer het zelfde gewicht en lengte.

Tips voor de trainer

• Laat de kinderen ook leuke manieren verzinnen om naar de overkant te komen.

Moeilijker maken

• Voeg een tikker toe.