Verlegslalom

  • 8 spelers
  • Kwart veld
  • < 9 jr.
  • ca. 15 min.

Doel

Het verbeteren van het verleggen van het spel van links naar rechts met het accent op drijven met richtingsverandering.

Benodigdheden

hoedjes
15
ballen
20
hesjes
1

Organisatie

Maak een veld met een goal op de normale plek en een goal aan de rechterkant. Maak achter de achterlijn van de tweede goal een slalom. Vorm twee teams. 1 oranje speler start bij de slalom, 1 bij de goal aan de rechterkant. 1 blauwe speler start aan het einde van de slalom.

Oefening

  • Oranje speler 1 slalomt door de pylonen.
  • Bij de laatste pylon speelt hij de bal naar oranje speler 2.
  • Op het moment van de pass, mag de blauwe verdediger proberen de bal af te pakken. Nu wordt het een 2 tegen 1 spel naar het doel.
  • Pakt de verdediger de bal af? Dan mag hij scoren in het andere doel.

Aandachtspunten bij de doelstelling

  • Na je pass blijf je meedoen met het spel.

Technische aandachtspunten

  • Bij de slalom gebruiken de spelers de forehand en de backhand.
  • Gebruik de juiste grip (dubbele v).

Tips voor de trainer

  • De pass is een breedtepass. Zet de verdediger zo neer, dat het een echte breedtepass is - anders wordt de bal onderschept.

Makkelijker maken

  • Doe alleen een forehand slalom.
  • Maak het veld groter.

Moeilijker maken

  • Laat de verdediger al eerder verdedigen.
  • Laat de pass naar de medespeler een backhandflats zijn.