Fase 1: Uitverdedigen versus storen – B-jeugd

Doel
Via snel en gericht samenspel medespeler aanspelen.

Uitleg
4 tegen 2 scoren in vakken.

Organisatie
Veld: 2 keer uitzetten op een half veld (30 bij 20 meter).

Algemeen
• Blauw 1 passt de bal naar b.v. oranje 3. Het oranje team tracht oranje 2 in een van beide gele vakken aan te spelen.
• De 2 verdedigers van blauw proberen de opbouw te storen en de pass te onderscheppen.
• Bij balwinst scoort blauw in het normale doel. Daarbij mag Blauw 1 betrokken worden.
• Blauw wisselt door na 2 stoorrondes. Oranje na 2 opbouwbeurten.
• De teams wisselen van functie na 3 keer een balaanname door oranje of door 2 doelpunten van blauw.

Tips balbezit
• Pass met goede snelheid en richting.
• Ben aanspeelbaar, zeker in de vakken (buitenkant).
• Gebruik de harde schijnpass (flats en push).

Tips niet-balbezit
Dwing de balbezitter naar de zijkant.
• Zet de passlijnen dicht, zeker naar de vakken.
• Voer een snelle counter uit na het veroveren van de bal.

Tips omschakelen
Bij balverlies:
• Zet direct druk op de balbezitter en begeleid deze naar de zijkant.

Bij balwinst:
• Voer een snelle actie/doelpoging uit richting de cirkel en het doel.

Moelijker maken
• Gebruik 1 speler om aan te spelen in het vak.
• Maak het veld minder diep.
• Laat maximaal 3 keer overspelen, dan het vak inspelen.

Deel deze pagina