Fase 2: Opbouw eigen helft versus storen – A-jeugd

Doel
Via snel en gericht samenspel de medespeler aanspelen.
Passlijnen openen.


Uitleg
3 tegen 2 scoren in vakken.

Organisatie
Veld: 2 keer uitzetten op een half veld.

Algemeen
• In de gele thuisvakken staan van ieder team 2 spelers.
• In het grote middenvak wordt 3 tegen 3 gespeeld.
• De ploeg die balbezit heeft, tracht haar spelers in het gele vak aan te spelen.
• Wordt de bal ingeleverd, dan probeert de andere ploeg op die wijze te scoren.
• Wordt een speler in het vak aangespeeld dan is de score 1 punt.
• De ploeg die scoort mag de aanval weer opzetten vanaf de middenlijn.
• Scoren is alleen toegestaan door middel van flats of push over de grond.
• Na scoren wisselen de 2 vakspelers van het betreffende team.

Tips balbezit
• Pass met goede snelheid en richting.
• Ben aanspeelbaar (buitenkant).
• Gebruik de harde schijnpass (flats en push).

Tips niet-balbezit 
• Dwing de balbezitter naar de zijkant.
• Lok het maken van fouten uit.
• Voer een snelle counter uit na het veroveren.

Tips omschakelen
Bij balverlies:
• Zet direct druk op de balbezitter en begeleid deze naar de zijkant.

Bij balwinst:
• Voer een snelle actie/doelpoging uit richting.

Makkelijker maken
• Gebruik 1 speler extra per team.

Moelijker maken
• Speel maximaal 3 keer over voordat in een vak gescoord mag worden.

Deel deze pagina