Fase 1: Uitverdedigen versus storen – E6-Jeugd

Doel
Zonder risico uitverdedigen.
Passlijnen dicht, bal onderscheppen.

Uitleg
3 tegen 2 + keeper.

Organisatie
Veld: één achtste veld.

Algemeen
• Team oranje probeert vanaf de linksachter in een overtal (3:2) uit te verdedigen en naar 1 van de 2 oranje spelers te spelen die in het groene vak A staan.
• Lukt dat, dan krijgen ze 1 punt.
• Team blauw kan bij bal veroveren scoren op het doel met doelverdediger.
• Als team blauw balcontact maakt, mag de wachtende speler blauw (1) meedoen totdat het spel eindigt.
• De oranje spelers 4+5 moeten in het groene vak A blijven.
• Spelers wisselen na 3 doelpunten van positie en/of van oranje en blauw.
• Het spel start na een doelpunt opnieuw bij de linksachter.

Tips balbezit
• Speel altijd de vrije speler aan, pass met goede snelheid en richting.
• Zorg dat je altijd aanspeelbaar bent.
• Gebruik de push, de schuifslag of de flats.

Tips niet-balbezit
• Blijf altijd achter de bal.
• Verdedig met z’n tweeën (drieën) op stickafstand uit elkaar.
• Lok het maken van fouten uit.

Tips omschakelen
Bij balverlies
Geef druk op de balbezitter en probeer de bal snel terug te veroveren.

Bij balwinst
Zorg voor snelle acties en speel de vrije speler aan.

Makkelijker maken
In plaats van 1 wachtende blauwe speler, kunnen er ook 2 wachtende blauwe spelers buiten het groene vak A staan.

Moelijker maken
• Team blauw bestaat dan na balwinst uit het overtal 4:3.
• Team oranje speelt dan uiteindelijk met 5:4, waarvan 2 oranje spelers in het groene vak moeten blijven.